maandag 25 maart 2013

Huurders en onderhuurders


Hella S. Haasse, Huurders en onderhuurders, Querido, 1971.
  
Toen de vierde van de Grote Vier overleed, heb ik direct een boek van haar gekocht. De omslag sprak me aan, het zou van Willink kunnen zijn, een groot statig huis achter een strak geknipte heg tegen een diepblauwe lucht. Of was het ooit lichtblauw en is het in de afgelopen veertig jaar verkleurd. Maar wordt het dan juist niet lichter?
Huurders en onderhuurders is van alle tijden. Je thuis zou je basis moeten zijn van waaruit je veilig de wereld kunt verkennen. Maar wat als je een kamer huurt in een huis met niet gelijkgestemden? Dat botst, zoals ook in dit boek. De huiskamergeleerde, die ooit een dichtbundel heeft gepubliceerd, is met zijn eenvoudige en zorgzame vrouw de huurder. De onderhuurders zijn een bevlogen docent die een kamer nodig heeft om zijn leerlingen bijles te geven; een penningmeester van een vrouwenleesclub die er dubieuze praktijken op na zou willen houden; een onderzoekster aan een universiteit die aan een boek werkt, op zolder. En dan is er nog een ongeziene en niet geregistreerde huurder. Genoeg ingrediënten voor wrijving, intriges, infiltraties, maar dan met een beheerste spanning die niet de boventoon voert. Het gaat om mensen en hun drijfveren en in het statige huis komt alles komt en gaat alles weer uiteen.
Voor iedereen die overweegt met vreemden in een huis te gaan wonen, of voor iedereen die daarover zou willen lezen. 

2 opmerkingen:

  1. Had je ook wel Haasse gelezen vóór ze overleed? Van je eerste zin gaat de suggestie uit van niet. Alsof je dacht: nou is ze dood, terwijl nog steeds niets van haar heb gelezen. Zie ook hier:
    http://maartendessing.blogspot.nl/2012/01/de-twaalf-discipelen-getuigen-van-hella.html

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ik heb meer van haar gelezen, maar dat is wel al even geleden.

      Verwijderen