maandag 17 oktober 2016

Tussen Borssele en Parijs

Hans Warren, Tussen Borssele en Parijs, Uit Geheim dagboek 1945-1951                         

Nog niet eerder heb ik iets gelezen van de in 2001 overleden schrijver Hans Warren. Dit boek, dat ook nog ten dele over Parijs gaat, leek me een aardige kennismaking met zijn werk en zijn stijl, in ieder geval voor wat betreft de geheime dagboeken.
Warren beschrijft op pakkende wijze het kleine en kleinburgerlijke Borssele en stelt daar in de loop van het boek het grootste en wereldse Parijs tegenover. Het Parijs van de jaren veertig en vijftig waar hij als groentje uit de provincie zijn draai moet vinden: ‘De stad geeft zich niet gemakkelijk. Dat ligt aan mij. Ik ben stijf.’

De dagboekaantekeningen over Borssele zijn meer divers en ingrijpend: over een liefde voor een meisje, over de verhuizing uit het huis waar hij is opgegroeid, over zijn moeder die aan een kwaadaardig gezwel komt te overlijden. In Parijs deed Warren voornamelijk één ding: bij Pigalle op zoek naar mannen voor een kortstondige relatie. Met verschillende mannen brengt hij nachten door, op straat of in een onbekend bed: ‘Toen het licht begon te worden, kon ik genieten van zijn kleur, zijn lichaamsbouw, eerst onder het laken, later erboven.’

Zijn stijl is mooi, met zijn zinnen zit hij dicht op de huid van alles wat hij observeert en de lezer wordt nauw betrokken bij zijn verlangens en twijfels. Precies de goede toon voor een dagboek.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten